Ruim een derde van de verpleegkundigen in een ziekenhuis vindt het moeilijk een collega aan te spreken op signalen van disfunctioneren.

Verslaving

Dat blijkt in het ziekenhuis niet anders te zijn dan in de thuiszorg en de huisartsenpraktijk. Gaat het om een arts, dan is het extra moeilijk. Het allermoeilijkst is dat bij persoonlijke problematiek, zoals een verslaving.

De helft van de verpleegkundigen in ziekenhuizen had in het voorgaande jaar de indruk dat een collega of arts niet goed functioneerde. Het gaat dan veelal om zorginhoudelijk handelen of communicatie en samenwerking met andere zorgverleners.

Ruim een derde vindt het moeilijk daar iets van te zeggen als dit een collega-verpleegkundige betreft. Gaat het om een arts, dan heeft bijna de helft moeite dit aan te kaarten.

Toch heeft 83 procent actie ondernomen. Dit blijkt uit onderzoek van het NIVEL.

Grensoverschrijdend gedrag

Slechts een kwart van de verpleegkundigen voelt zich door de organisatie gesteund in het omgaan met signalen van disfunctioneren.

Verpleegkundigen geven aan dat ze vooral behoefte hebben aan een explicieter beleid en een protocol over omgaan met disfunctioneren.

Volgens NIVEL helpt een duidelijk protocol om je uit te spreken als je iemand iets ziet doen waar je je vraagtekens bij zet. In het bijzonder kan het helpen als het een arts betreft of bij grensoverschrijdend gedrag of een verslaving, want dat is voor hen extra moeilijk om bespreekbaar te maken.

Voorkomen disfunctioneren

Verpleegkundigen geven aan dat een goede teamsfeer en aansturing door de leidinggevende het belangrijkst zijn om disfunctioneren bespreekbaar te maken.

Daarnaast geven zij aan dat het bespreken van incidenten, een goede communicatie tussen zorgverleners, voldoende gekwalificeerd personeel en regelmatige functioneringsgesprekken helpen om disfunctioneren te voorkomen.

Bron: NIVEL