Een aantal organisaties op het gebied van verzuim en re-integratie wil het dreigend tekort aan bedrijfsartsen bestrijden.

Eerder dit jaar is vanuit het ministerie een topambtenaar Van Gastel aangesteld met als opdracht om de instroom van bedrijfsartsen te bevorderen.

Eén van de initiatieven vanuit de markt is om basisartsen op te leiden tot Arts Arbeid & Gezondheid via een korte, intensieve leergang van zes dagen. De leergang biedt een kennismaking met bedrijfsgeneeskunde.

Dreigend tekort bedrijfsartsen

De huidige situatie van het aantal bedrijfsartsen is verontrustend. De beroepsgroep vergrijst in rap tempo: ruim de helft van de bedrijfsartsen is ouder dan vijftig jaar. Er zijn nu nog 1.750 bedrijfsartsen in Nederland, maar over vier jaar nog 1.200. Dat is een daling van 130 bedrijfsartsen per jaar.

Ouderen gaan met pensioen en jongeren stromen nauwelijks in. Jaarlijks neemt het aantal bedrijfsartsen in opleiding zelfs af. De oorzaak zou het slechte imago zijn van het ‘vak’ bedrijfsarts én de onbekendheid bij basisartsen met het werk van de bedrijfsarts.

Het aantal afgestudeerde basisartsen zonder werk neemt daarentegen steeds verder toe. In het eerste kwartaal van 2015 steeg het aantal werkloze basisartsen naar 720 en neemt vooralsnog toe.

Instroom bedrijfsartsen vergroten

In januari jl. heeft de eerste pilotronde van de nieuwe leergang “Introductie Bedrijfsgeneeskunde & werkvermogen” plaatsgevonden waarna meerdere Artsen Arbeid & Gezondheid succesvol zijn gaan werken binnen de bedrijfsgeneeskunde. Dit doen ze onder taakdelegatie van een geregistreerd bedrijfsarts, voorheen werd dit “onder de verlengde arm van een bedrijfsarts” genoemd.

Het opleidingsinitiatief krijgt een vervolg in september. Een basisarts kan via deze leergang zeer laagdrempelig kennismaken met de bedrijfsgeneeskunde en daarna beslissen of dit het specialisme van zijn/haar toekomst wordt. Na de leergang kan men kiezen voor de vierjarige opleiding tot bedrijfsarts.

Meer informatie over de leergang “Introductie Bedrijfsgeneeskunde & Werkvermogen”