Bijna 7 van de 10 medewerkers van de Nederlandse universiteiten ervaart de werkdruk hoog tot zeer hoog.

Dit blijkt uit onderzoek van de FNV in samenwerking met de VAWO, Vakbond voor de Wetenschap.

In de afgelopen drie jaar heeft 60 procent van de ondervraagden lichamelijke of psychische klachten gehad door de te hoge werkdruk. Ruim 90 procent heeft in die periode vanwege de hoge werkdruk tijdens ziekte toch doorgewerkt.

Andere baan

De grootste uitschieters liggen bij wetenschappelijk personeel en medewerkers in de leeftijdsgroep 26 tot 45 jaar.

Over de hele linie zijn de cijfers echter schrikbarend hoog; 6 op de 10 medewerkers overweegt weleens een andere baan te zoeken door de hoge werkdruk en werkbelasting.

De belangrijkste redenen van de hoge werkdruk liggen volgens de ondervraagden in de toename van het aantal studenten van 50 procent in de afgelopen 15 jaar, de combinatie van teveel verschillende taken, het centraal stellen van de ranking – hoe de universiteit scoort ten opzichte van de universiteiten nationaal en internationaal – zonder de (financiële) middelen hierop aan te passen en subsidieaanvragen voor financiering van onderzoek.

Ook is er de laatste jaren flink bezuinigd op het ondersteunend personeel, zodat ook daar de werkdruk flink is toegenomen.

Overwerk eerder regel dan uitzondering

Medewerkers werken volop in hun vrije tijd, blijkt uit het onderzoek. Het grootste deel geeft aan door de werkdruk zijn werk niet af te krijgen. Daarom werkt bijna 80 procent in de weekenden en avonden en ruim de helft werkt door tijdens vakanties.

Daarnaast heeft de helft van de ondervraagden onvoldoende tijd om zich voor te bereiden op de te geven lessen.

Ook overwerk is meer regel dan uitzondering. Vier op de tien werkt structureel meer dan zes uur per week over. Dit is vooral hoog bij wetenschappelijk personeel. Daar gaf zelfs 70 procent aan meer dan zes uur per week over te werken. Bij 35 procent was dit zelfs meer dan 11 uur structureel per week.

Onderwijstaken zijn niet uit te stellen en dat betekent dat medewerkers massaal onderzoek en andere taken in hun vrije tijd doen

Onzekerheid over werk

Meer dan driekwart van de medewerkers – vast of tijdelijk – onder de 35 jaar voelt onzekerheid over waar zij volgend jaar werkt. Vooral mensen met een tijdelijk contract zijn onzeker over hun toekomst en ervaart om die reden een hoge de druk om goed te presteren.

FNV ziet dat universiteiten door hun onzekere financieringsstructuur terughoudend zijn in het geven van vaste contracten of contracten met meer uur. Er zijn voorbeelden bekend van medewerkers die pas na acht jaar tijdelijke contracten eindelijk een vast contract krijgen van een minimaal aantal uur. In het algemeen is de geldstroom volgens de FNV constant genoeg voor echte banen met reële contracturen.

Afspraken in cao over werkdruk

FNV wil, samen met de andere vakbonden, in de cao afspraken maken met werkgevers over werkdruk en aanstellingen. Door centrale afspraken te maken, worden universiteiten gedwongen dit op lokaal niveau te gaan regelen.

Vogens de VAWO wordt de werkdruk al jaren door werkgevers afgedaan als “incident” of “persoonlijke keuze tot overwerken”. Dit onderzoek laat zien dat de werkdruk structureel is en over de gehele linie veel te hoog. Mensen met een tijdelijke aanstelling hebben nog de extra druk hun baan niet zeker te zijn als de opgedragen taken niet worden afgerond.

Aan het onderzoek deden ruim 2.546 medewerkers van alle universiteiten mee, zowel wetenschappelijk als ondersteunend personeel.

Bron: FNV