De overheid voert weer campagne en werkgevers faciliteren hun personeel in allerlei trainingen en cursussen om de mentale veerkracht van medewerkers te vergroten.
Beide slaan de plank volledig mis. De huidige aanpak van werkstress is symptoombestrijding en werkt zelfs averechts.
Dat zegt Fred Zijlstra, hoogleraar arbeids- en organisatiepsychologie en lid van het Algemeen Bestuur van het NIP.
Recht van de sterksten
Zijlstra: “Mensen worden gezien als productiefactor. We streven continu naar maximale inzetbaarheid van het individu. Daardoor werken we in een mentale survivor-economie waar het recht van de sterksten geldt. Je wordt net zo lang gepusht, totdat je de druk niet langer aankan en afvalt”.
Symptoombestrijding
Psychische problemen als gevolg van de continue druk, worden als incidenteel gezien en ook als zodanig behandeld. Campagnes, trainingen en cursussen zijn erop gericht om “het psychische incident” zo snel mogelijk op te lappen en de werknemer weer weerbaar te maken.
Volgens Zijlstra is dit symptoombestrijding. “De oplossing is gericht op het individu en niet op de structurele oorzaak. De werkgever gooit daarmee zijn probleem over de schutting van de werknemer,” aldus Zijlstra.
Werkdruk probleem werkgever
Volgens Zijlstra ligt niet het probleem bij de veerkracht van de werknemer, maar bij de druk die door de werkgever wordt opgevoerd.
Werkgevers moeten beter kijken naar de capaciteiten van het personeel en beseffen dat personeel niet onuitputtelijk is in te zetten. Daarin ligt ook een stuk verantwoordelijkheid bij de politiek, die duurzame inzetbaarheid van werknemers moet beschermen tegen de marktwerking. “Want zoals we zuinig zijn op het milieu, moeten we ook zuinig zijn op onze mensen. Het perspectief is permanente uitputting,” aldus Zijlstra.