Bijna 40 procent van de werknemers wereldwijd is bereid om een loonsverlaging te accepteren als daarmee banen in de eigen organisatie gered kunnen worden die door de coronacrisis onder druk staan.

Het solidariteitsbesef van medewerkers blijkt verder uit het feit dat één op de drie een uitgestelde salarisbetaling als een optie ziet.

Daarentegen is eenzelfde deel juist niet bereid salaris of andere arbeidsvoorwaarden in te leveren als dat de eigen baan of die van een collega kan redden.

Dit blijkt uit het onderzoek Workforce View 2020 Volume 2 post-COVID-19 van HR- en salarisdienstverlener ADP. Voor het onderzoek zijn ruim 11.000 werknemers wereldwijd bevraagd over actuele thema’s die spelen op de werkvloer en de toekomst van werk.

Bereidheid tot brengen van offers

In het onderzoek is gevraagd wat medewerkers acceptabel vinden als werkgevers dit van hen zouden vragen om banen binnen de organisatie te redden: een salarisverlaging, uitstel van betaling, beëindiging van de arbeidsrelatie of überhaupt geen maatregel(en).

Wereldwijd gezien blijkt er zeker de nodige bereidheid: 38 procent vindt een salarisverlaging acceptabel, 32 procent vindt dit van een uitstel van salarisbetaling. Beëindiging van de arbeidsrelatie is met 8 procent nauwelijks populair. 32 procent van de respondenten is niet bereid om een maatregel te accepteren.

Maatregelen mogen niet te fors zijn of te lang duren

De mate waarin medewerkers bereid zijn een maatregel te accepteren om banen binnen de eigen organisatie te redden, varieert.

Van de respondenten die een salarisverlaging zouden accepteren, is 40 procent bereid een verlaging van 10 procent of minder te accepteren.

Nog eens 34 procent zou een verlaging van 11-20 procent acceptabel vinden. Nog 18 procent vindt ook een verlaging van 21-30 procent nog te doen.

Als gekeken wordt naar de bereidheid om het salaris later te ontvangen, dan is van de medewerkers die aangaven dit acceptabel te vinden 13 procent hiertoe bereid als de duur van het uitstel minder dan een maand is.

Twee op de vijf vinden 1-2 maanden uitstel acceptabel, 28 procent vindt dit van 2-3 maanden.