Niet het bestuur of medewerkers, maar de cliënt staat tegenwoordig centraal bij HR in de zorg. Dat blijkt uit de HR Trendmonitor Zorg 2016.
De zorg is al lang bezig de cliënt centraal te stellen, nu doen HR-managers dat ook.
Deze toegenomen klantgerichtheid is terug te zien in meer maatwerk voor de cliënt, meer regionale samenwerkingen en een grotere nadruk op wat medewerkers zelf bijdragen aan de kwaliteit van zorg.
Klantprofielen
Zo werken sommige HR-managers met klantprofielen waardoor ze beter weten welk type medewerker ze moeten inzetten of werven.
Ze koppelen bijvoorbeeld een mondige kraamverzorgende aan een probleemgezin, in plaats van een kraamverzorgende die erg introvert en afwachtend is.
Bij functioneringsgesprekken staat de vraag centraal welke bijdrage een medewerker heeft geleverd aan het verbeteren van de kwaliteit van zorg. Deze toegenomen klantgerichtheid leidt ook tot meer regionale samenwerking.
Meer professionele vrijheid
Door de toegenomen cliëntgerichtheid zijn HR-managers steeds kritischer op zaken als protocollen en keurmerken: ook deze moeten expliciet bijdragen aan een betere kwaliteit van zorg en niet zorgen voor onnodige bureaucratie.
Ook streven HR-managers naar het creëren van meer professionele vrijheid en ruimte voor medewerkers, zodat die de cliënt naar eigen inzicht zorg op maat kunnen verlenen. Bij alles wat ze doen stellen ze zich de vraag: wat heeft de cliënt eraan? Ze zien zichzelf als een soort moreel kompas waarbij de zorgvraag steeds vaker leidend is.
Mede door toegenomen bureaucratie zoeken ook HR-managers in de zorg naar de kern van hun vak. Net als andere medewerkers willen ze terug naar de bedoeling: het leveren van goede cliëntenzorg.