1,3 miljoen Nederlandse werknemers hadden in 2019 burn-outklachten. De kosten van werkstress gerelateerd verzuim zijn opgelopen tot 3,1 miljard euro per jaar (2018).

Dit blijkt uit de factsheet ‘Werkstress’ die TNO vandaag, bij de start van de Week van de Werkstress, publiceert.

De cijfers laten zien dat de week hard nodig is: werkstress is nog altijd een belangrijke reden voor verzuim en uitval, zeker ook tijdens de coronacrisis.

Werkstress is een belangrijk arbeidsrisico. In 2019 gaf 46 procent van de werkgevers aan dat werkstress een belangrijk risico is in het bedrijf en 35 procent van de werknemers gaf werkdruk/werkstress als reden voor het verzuim. Werkgevers nemen de nodige maatregelen ter preventie.

Geen autonomie

De meest getroffen maatregel is werknemers meer autonomie geven. 67 procent van de werkgevers geeft de werknemer meer autonomie om het werk zelf in te richten. Werknemers ervaren de genomen maatregelen nog niet altijd als genoeg, 44 procent vindt dat er aanvullende maatregelen nodig zijn.

Het aandeel mensen met klachten blijft dan ook onverminderd hoog. In 2019 gaf 17 procent van alle werknemers aan burn-outklachten te hebben (zie hier voor regionale cijfers). Dat komt neer op 1,3 miljoen mensen, net zo veel als in 2018. De kosten van werkdruk en werkstress blijven ook hoog.

In 2018 – het meest recente jaar waarover de kosten bekend zijn – liepen deze op tot 3,1 miljard euro. Dit komt vooral doordat mensen langer zijn gaan verzuimen met dergelijke klachten. De kosten per persoon stegen van 8.100 euro in 2017 naar 9.100 euro in 2018.

Impact corona op werkstress

De impact van de coronacrisis op het werk is groot. Banen zijn verloren gegaan, veel werknemers werken structureel thuis en de grenzen tussen werk en privé vervagen.

Toch blijkt dat medio juni, na de eerste golf, de burn-outklachten redelijk stabiel blijven: 17 procent van de werknemers ervaart op dat moment burn-outklachten.

Werknemers in het onderwijs (22 procent), de ICT sector (21 procent) en de zorg (19 procent) het vaakst. Dat wil niet zeggen dat er geen aandachtspunten zijn. Zo heeft 12 procent van de thuiswerkers moeite om zich te concentreren en geeft 8 procent dit als reden voor het verzuim. De werk-privébalans veranderde gemiddeld niet veel, maar dat geldt lang niet voor iedereen.

Bij thuiswerkende ouders met kleine kinderen verslechterde de werk-privébalans, terwijl deze bij ouders die op locatie werken verbeterde. Positief is dat de sociale steun tijdens de coronacrisis erg goed bleef: 87 procent van de werknemers ervaart veel steun van de leidinggevende.

>>>Lees ook: werkstress is nog vaak onderbelicht