Het Platform Private Uitvoerders Sociale Zekerheid (PPUSZ) eist dat de rol van publieke uitvoerder het UWV drastisch wordt aangepast om zo een gelijk speelveld te krijgen tussen private en publieke uitvoerders van de sociale zekerheid.

Zo wil PPUSZ dat het UWV de toezichthoudende en uitvoerende taken scheidt. De toezichthoudende taken moeten voortaan worden afgesplitst van de uitvoerende taken en worden belegd bij een onafhankelijk organisatieonderdeel dat controle uitoefent op zowel de publieke als de private uitvoering.

Dit is één van de zes aanbevelingen die het PPUSZ stelt om de hybride uitvoering van de sociale zekerheid te verbeteren.

Eigenrisicodragers

Door deze aanpassing kan ook het UWV worden verplicht om bij uitvoering van de Ziektewet te verkennen of een zieke werknemer kan worden herplaatst bij de werkgever bij wie hij in de uitkering is ingestroomd én dat er eenduidige fiscale regels voor eigenrisicodragers en UWV worden opgesteld.

Het PPUSZ wil voortaan als aanspreekpunt worden gezien voor deelname aan het reguliere overleg met het ministerie, politiek en andere stakeholders om de stem van de private uitvoering te behartigen.

Stelsel nog niet perfect

Jasper Coppes, voorzitter van PPUSZ: “Nederland kent voor uitvoering van de sociale zekerheid bij ziekte en arbeidsongeschiktheid een uniek hybride stelsel. Het is zaak de binnen dit stelsel aanwezige kracht ten volle te benutten én verder te versterken. Dit vraagt vóór alles om het wegnemen van factoren die het gelijke speelveld verstoren, of dit in de toekomst dreigen te doen. Het hybride stelsel voor uitvoering van werknemers verzekeringen (de Ziektewet, WGA en WW) is ontwikkeld omdat louter publieke verzekering en uitvoering door de overheid aantoonbaar niet goed werkt. De betrokkenheid van werkgevers bij de arbeidsparticipatie van (ex) werknemers is dan te laag, de premies te hoog.”

Aan concurrentie tussen publieke instantie UWV en private uitvoerders zijn volgens Coppes grote voordelen verbonden. Maar dit wil niet zeggen dat het stelsel perfect is. Overdreven complexiteit is volgens hem een belangrijk gevaar voor de effectiviteit en het draagvlak, dat voortdurend op de loer ligt. Daarnaast voedt de langdurige verantwoordelijkheid bij werkgevers gevoelens van oneerlijkheid en onevenredig grote belasting.

Echt concurreren

De concurrentie tussen publieke en private verzekeringen geeft volgens Coppes focus op effectiviteit bij de re-integratie van medewerkers en voorkomt aan beide zijden van het spectrum ongewenst kostengedrag. Zonder deze prikkel kan er een situatie ontstaan waarin bij publieke uitvoering onvoldoende oog is voor goede en effectieve re-integratie. Dit is nadelig voor werkgevers en werknemers.

Volgens de voorzitter van PPUSZ is het is noodzakelijk dat er een aantal zaken ‘gelijk’ worden getrokken, zodat dat er een gelijk speelveld ontstaat.

Pleitnota en plek aan tafel

In een pleitnota, die is verzonden aan de fractievoorzitters van de politieke partijen, geeft PPUSZ zes concrete aanbevelingen om het hybride stelsel verder te verbeteren.

Het platform is ervan overtuigd dat het niet alleen goed is om de aanwezige kracht ten volle te benutten, maar die ook waar mogelijk verder te versterken. Een plek aan tafel om in overleg te treden met het ministerie, politiek en andere stakeholders is dan van belang.

In een hybride stelsel ligt het volgens PPUSZ voor de hand om van álle betrokken partijen – publiek én privaat – een bijdrage te vragen aan verdere verfijning en verbetering van het stelsel. Tot nu toe ontbrak het aan de zijde van private uitvoerders aan een gezamenlijk aanspreekpunt.