Het kabinet wil dat mensen meer ruimte krijgen om te kiezen hoe ze werken en zorgen willen combineren.

Daarom neemt het kabinet een derde stap in de verlofregelingen voor ouders van jonge kinderen. Zij krijgen vanaf augustus 2022 negen weken van het ouderschapsverlof deels doorbetaald.

Het moet daarmee aantrekkelijker worden gemaakt voor ouders om het ouderschapsverlof daadwerkelijk op te nemen.

Coronacrisis

De coronacrisis drukt ons, volgens minister Koolmees, met de neus op de feiten. Het is meer dan ooit zwaar om te werken en te zorgen tegelijk. Het kabinet denkt al langer na over hoe het ouders kan helpen bij de combinatie van werk en gezin.

Door straks het ouderschapsverlof deels te gaan betalen, denkt het kabinet voor veel gezinnen de belemmering om ouderschapsverlof daadwerkelijk op te nemen, te verkleinen.

Daarmee wordt het voor ongeveer 200.000 ouders beter mogelijk om een baan te hebben en tegelijkertijd meer tijd thuis te besteden.

Onbetaald ouderschapsverlof

Nu al kunnen ouders 26 weken ouderschapsverlof opnemen in de eerste acht levensjaren van hun kind. Dat verlof is in principe onbetaald, tenzij werkgever en werknemers daar binnen hun bedrijf of cao andere afspraken over maken.

Daardoor kan niet iedereen het zich veroorloven gebruik te maken van het verlof: slechts een derde van de ouders neemt ouderschapsverlof op. Daarom heeft het kabinet besloten om de eerste 9 van de 26 weken ouderschapsverlof te gaan betalen.

Ouders krijgen straks van UWV een uitkering ter hoogte van 50 procent van hun dagloon, tot 50 procent van het maximum dagloon.

Om ervoor te zorgen dat zowel UWV als bedrijven zich kunnen voorbereiden op deze regeling, gaat de verlofregeling pas vanaf augustus 2022 in.

Een belangrijk element van het betaalde verlof is daarnaast dat het moet worden opgenomen in het eerste levensjaar van het kind. Daarmee krijgen gezinnen meer tijd om te wennen aan de nieuwe situatie en om samen bewust keuzes te maken over de verdeling van werken en zorgen.

De overige 17 weken verlof blijven wettelijk onbetaald en kunnen nog steeds tot de 8e verjaardag van het kind worden opgenomen. Het blijft mogelijk voor werkgevers en werknemers om daar aanvullende afspraken over te maken.

Deeltijdwerk automatisme

Het kabinet reageert hiermee op de voorstellen uit het Interdepartmentaal Beleidsonderzoek (IBO) Deeltijdwerk dat vandaag naar de Tweede Kamer is gestuurd.

Daaruit blijkt dat deeltijdwerk een automatisme is geworden in Nederland. Vrouwen werken meestal in deeltijd en zorgen daarnaast voor hun kinderen of ouders, terwijl mannen vaker voltijds werken en gemiddeld minder tijd besteden aan het zorgen voor kinderen, andere familieleden of vrienden.

Dat wordt deels veroorzaakt door hoe we de samenleving en economie hebben georganiseerd, bijvoorbeeld door hoe we de belastingen en toeslagen hebben vormgegeven, hoe de kinderopvang is geregeld en hoe de verlofregelingen eruit zien.

Ouders kunnen daardoor in theorie wel ervoor kiezen hun leven in te delen hoe zij dat willen, maar in de praktijk is het vaak lastig om andere keuzes te maken.

Het kabinet wil het mensen zo makkelijk mogelijk maken om zelf te kiezen hoe ze hun leven invullen en hoe ze arbeid en zorg willen combineren.

Door het ouderschapsverlof deels te betalen, moet het voor meer ouders makkelijk worden hun eigen keuze te maken in de combinatie van werken en zorgen.

Extra geboorteverlof

De invoering van betaald ouderschapsverlof volgt op de invoering van extra geboorteverlof voor partners.

Sinds 1 januari 2019 krijgen partners geen twee, maar vijf werkdagen vrij direct na de geboorte van hun kind.

Vanaf 1 juli 2020 krijgen zij nog eens vijf weken betaald verlof in de eerste zes maanden na de geboorte van een baby. Daarmee krijgen partners van moeders in het eerste levensjaar van het kind in totaal vijftien weken betaald verlof.

Moeders hebben recht op betaald zwangerschapsverlof van zestien tot twintig weken en hebben straks bovendien recht op negen weken doorbetaald ouderschapsverlof. Het kabinet geeft met deze besluiten ook invulling aan de Europese richtlijn over de werk-privébalans.

Optimale ontwikkeling kinderen

Naar aanleiding van het IBO-rapport gaat het kabinet bovendien alternatieve inrichtingen van het stelsel van kinderopvang en onderwijs uitwerken. De beleidsopties uit het rapport dienen hier ook als input voor. Doel is dat de voorzieningen voor kinderen zo worden georganiseerd dat kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen en ouders met een gerust hart zo veel uren kunnen werken als zij graag willen.

>>> Lees ook: ‘Zwangere werknemer? Dit is wat je moet weten en wat je moet doen’
>>> Lees ook: ‘Alles over na het zwangerschapsverlof, ouderschapsverlof en mama- en papadagen’